Winnie, in al je veronderstelde
traagheid, onderweg naar de verre zee
van het onzichtbare, luister
Terwijl jij hier, alleen nog maar gedrukt,
water verplaatst, ons oog met brandend zand
overstroomt, alsof je kleur bekent over wat je
in je schild voert, vraag ik ondiep:
Wat is jouw beweegreden?
Kruipt er ware aard door jouw omhulsel?
Behuis je een codering, waarzegging verstopt
in verstrooid patroon, ben je een vermomde
schildknaap, boodschapper van Ohm?
Heb geduld met je antwoord Winnie
want weet je, onze wereld is nog te plat
Ondanks al het uitsterfgedoe om je soort
vertragen we nog altijd niet snel genoeg
om jouw overleving bij te houden, mee te glijden
op golven van morgen, terwijl wij ondertussen
verzinken, van gewichtigdoenerij, van vaart,
vooruitgang, van onvertraagbare ondergang
Dus luister Winnie, naar welke onzichtbaarheid
je ook onderweg bent, wat ik slechts wil vragen
Ga vanaf hier even niet verder naar zee
Maar drijf ons met dit boek, vanuit stilstand,
wat dichter bij het tempo van jouw boodschap