Doolhof

Doolhof

Doolhof

Gehuld gehucht op zich

werd armoe hier tot kunst verheven

Doolhof, de kleinste wereld van het land

achter gehusselde schuttingen, scheve schotten

voor elftallen van gezinnen, opgestroopte mouw

anders telde je niet, als de huisnummers

onder de wasroop, al dat stormwater

drogend op de eerste trek gericht
 

Kerkgangend in koor, gehurkt zonder evenknie

hebben stoere katten je gele brug op de kaart gespeeld

In kraplappen, jakkies, daags, zondags, of zondag eraf

voor aal, overal aal, schar ook, moddervet gerookte

verhalen met windkracht zeven verteld boven

peterolies en gortemetielen, waar Brijkies vol bitters

de zilvervloot voorgoed konden vergieten
 

Volendam, niet vergeten, nooit vergeten hoe

onschatbaar je bloedkoralen eiland

Doolhof, hier woont roem

op voorsprong door achterstand

Doolhof